Sturingsmodellen voor het wonen
Bekijken/ Openen
Vlaanderen Identifier
Onderzoek-1824218
Auteur(s)
Paul Arts
Marten Dugernier
Eline Mulkens
Frank Witlox
Kobe Boussauw
Veronique Van Acker
Alternatieve Titel
eindrapport
Collections
Metadata
Toon volledig item recordAbstract
De studie geeft inzicht in bestaande sturingsmodellen voor het wonen zowel in Vlaanderen als in het buitenland, het effect dat ze kunnen hebben op de toedeling van bijkomende woongelegenheden over de gemeenten in Vlaanderen, en aan aanzet van een “gecombineerd sturingsmodel” dat verschillende elementen uit de geanalyseerde modellen samenbrengt.Sturing van het wonen omvat in essentie drie deelaspecten:• waar ? : Hoe moet de vraag naar bijkomende woningen ruimtelijk verdeeld worden ? Op welke locaties kunnen/moeten woningen gebouwd worden ?• onder welke vorm ? : Welke woningtypologieën en –dichtheden zijn gewenst ? Hoe worden deze ruimtelijk gedifferentieerd ?• hoe ? : Welke instrumenten kunnen/moeten door de overheid aangewend worden om de gewenste doelstellingen te realiseren ? Dit kunnen planologische instrumenten zijn (zonering via bestemmingsplannen, opleggen van dichtheden of woontypologieën in bouwvoorschriften) maar daarnaast zijn er ook infrastructurele (b.v. uitbouw OV-net) en financiële (woonsubsidiëring, beïnvloeding transportkosten,…) instrumenten.