Groene buurten als nieuw normaal
Date
2020
Vlaanderen Identifier
Onderzoek-2389158
Author
Peter Vervoort
Collections
Metadata
Show full item recordAbstract
Tijdens de corona-crisis, en zeker tijdens de cruciale eerste maanden van zogenaamde ‘lock-down’ waarin we ons in Vlaanderen maar beperkt konden verplaatsen om de verspreiding van het covid-19 virus te beperken, plooiden we terug op onze woonomgeving. Hierdoor werden we ons erg bewust van de kwaliteiten (of het ontbreken er van) van onze directe leefomgeving. Het werd bijvoorbeeld duidelijk hoe belangrijk parken, bossen en andere groene ruimte in onze directe woonomgeving zijn om te wandelen, sporten, te ontspannen of tot rust te komen. Cijfers geven aan dat bijna 79% van de Vlamingen toegang heeft tot openbaar buurt- of wijkgroen (Strosse, Salomez, Hermy, & Pisman,2018). Nagenoeg alle Vlamingen hebben woongroen in de buurt (Agentschap Binnenlands Bestuur, 2018) Toch wil dat niet zeggen dat iedereen evenveel groen in de omgeving heeft. Op sommige locaties is er immers wel een groenaanbod aanwezig, maar niet alle groene zones (zoals bijvoorbeeld parken) zijn even groot bovendien wonen er rondom deze groene zones niet overal evenveel mensen.In sommige parken was het de laatste weken opvallend druk waarbij het moeilijk werd om voldoende afstand te bewaren. Mensen die wonen in buurten met hogere woondichtheden hebben bovendien minder of geen private buitenruimte. Ze zijn dan ook erg aangewezen op het aanbod openbaar groen, maar net in die buurten is het aanbod vaak ontoereikend.